Enraf-Nonius Endomed 582id Benutzerhandbuch

Typ
Benutzerhandbuch
Endomed
582ID
Bedieningshandleiding
Operating Instructions
Gebrauchsanweisung
Mode d´emploi
Instrucciones de manejo
Nederlands
2
Enraf-Nonius B.V.
P.O. Box 12080
3004 GB Rotterdam
The Netherlands
Tel.:+31(0)10 - 20 30 600
Fax:+31(0)10 - 20 30 699
Article number 1495.755-43
August 2005
Copyright:
Enraf
Nonius
1
Bedieningshandleiding
Operating instructions
Gebrauchsanweisung
Mode d'emploi
Instrucciones de manejo
Endomed 582ID
2
mA
CC
CV
PROG
ENDOMED 582
ID
12
mA
CC
Gi
DIA
15 1713 161211914710586
mA mA
S
/ DIA
38
21
3734 3635 3932 3331
22 23 24 2827 29 3019 20 25 26
1715 1813 161211914710586
1, 2
3
4
2
3
TABLE DES MATIERES
Présentation illustrée de l’Endomed 582ID ........... 2
Remarques préliminaires..................................... 47
Introduction........................................................... 48
Organes de commande....................................... 50
Indications de traitement ..................................... 52
Indications et contre-indications .........................52
Installation............................................................. 53
Ordre des réglages .............................................. 53
Emploi des programmes ..................................... 54
Entrainement musculaire..................................... 55
Entretien par l’utilisateur ...................................... 55
Conseils en cas de panne ...................................56
Spécifications ....................................................... 57
Données techniques ............................................ 58
Données de commandes .................................... 58
Presentation et fonctionnement des
telecommmandes optionnelles........................... 59
Illustration de combinaison d'appareil ...............75
INDICE
Ilustración del Endomed 582ID ................................2
Observaciones preliminares..................................61
Introducción............................................................62
Controles.................................................................64
Indicaciones para el tratamiento ..........................66
Indicaciones y contraindicaciones........................67
Instalación...............................................................68
Secuencia de operación........................................68
Uso de los programas ...........................................69
Entrenamiento muscular .......................................70
Mantenimiento por el usuario ...............................70
En caso de fallo ......................................................71
Especificaciones.....................................................72
Datos técnicos........................................................73
Datos de pedido .....................................................73
Presentación y funcionamiento de los
mandos a distancia opcionales ............................74
Ilustración de posibles combinaciones
de aparatos.............................................................75
INHOUDSOPGAVE
Afbeelding Endomed 582ID .................................... 2
Opmerkingen vooraf .............................................. 5
Inleiding................................................................... 6
Bedieningsorganen................................................ 7
Aanwijzingen bij behandeling ............................... 9
Indicaties en contra-indicaties .............................. 9
Installatie............................................................... 10
Bedieningsvolgorde............................................. 10
Gebruik van programma's ................................... 11
Spiertraining ......................................................... 12
Onderhoud door de gebruiker ............................ 12
Aanwijzingen bij storingen...................................13
Specificaties.......................................................... 14
Technische gegevens .......................................... 15
Bestelgegevens.................................................... 15
Afbeeldingen en bediening van optionele
afstandsbedieningen ........................................... 16
Afbeelding van apparaatcombinaties................. 75
CONTENTS
Illustration of the Endomed 582ID .......................... 2
Preliminary remarks ............................................. 17
Introduction........................................................... 18
Controls, display and connections .....................19
Treatment procedure ........................................... 21
Indications and contra indications...................... 22
Installation............................................................. 23
Operating sequence ............................................ 23
Using the programs ............................................. 24
Muscle stimulation ............................................... 25
Maintenance by the user ..................................... 25
Fault conditions ....................................................26
Specifications ....................................................... 27
Technical data....................................................... 28
Ordering data ....................................................... 28
Illustration and operation of the optional
remote controls .................................................... 29
Illustration of equipment combinations .............. 75
INHALT
Abbildung des Endomed 582ID ............................... 2
Bildzeichenerklärung .............................................31
Medizingeräteverordnung ..................................... 31
Vorbemerkungen....................................................32
Beschreibung ......................................................... 34
Bedienelemente, Anzeigen und Anschlüsse ....... 35
Behandlungsablauf................................................ 38
Indikationen und Kontraindikationen....................39
Aufstellhinweise......................................................39
Bedienungsablauf ..................................................40
Programme.............................................................40
Muskeltraining ........................................................ 41
Reinigung und Desinfektion ..................................42
Fehlersuche ............................................................42
Spezifikationen .......................................................43
Technische Daten...................................................44
Bestelldaten............................................................44
Bedienung der optionalen
Fernbedienungen...................................................45
Abbildungen Gerätekombinationen .....................75
4
Nederlands
5
OPMERKINGEN VOORAF
Algemeen
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik door vakkundig per-
soneel in de fysiotherapie, revalidatie en aangrenzende
gebieden. Het is belangrijk dat u voor gebruik van de
Endomed 582ID deze handleiding goed doorleest. Zorgt
u er vooral voor dat deze altijd beschikbaar is voor al het
betrokken personeel. Voor de toepassing van dit appa-
raat verwijzen wij naar het therapieboek “Laag- en midden-
frequente elektrotherapie”, referentienummer 1480.761.
Let bij het gebruik van de Endomed 582ID met name op
het volgende:
1. U dient zich op de hoogte te stellen van de contra-
indicaties (zie pagina 9).
2. Het apparaat mag niet gebruikt worden in de na-
bijheid (d.w.z. op minder dan 2 meter afstand) van
een kortegolf- of microgolfapparaat.
3. De patiënt dient te allen tijde in het zicht van de
behandelaar te zijn.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor de gevolgen van
gebruik van het apparaat anders dan beschreven in
deze bedieningshandleiding.
Installatie
Zet het apparaat niet in de buurt van een warmte-
bron zoals een radiator.
Voorkom blootstelling aan direct zonlicht, regen,
veel stof, vocht, trillingen en stoten.
Dit apparaat is niet geschikt voor gebruik in zoge-
heten “natte ruimten” (hydrotherapieruimten).
Het apparaat moet zodanig opgesteld worden dat
er geen vloeistof in terecht kan komen.
Mocht er vloeistof in de behuizing terechtkomen, trek
dan de steker uit de contactdoos en laat het apparaat
door een geautoriseerde deskundige controleren.
Aansluiten
De netaansluiting moet voldoen aan de plaatselijke
eisen voor medische ruimten.
Controleer eerst of de netspanning en netfrequentie,
vermeld op het typeplaatje, overeenkomen met die
van het lichtnet. De 220-240 V uitvoering is voor lan-
den met een netspanning van 220, 230 of 240 volt.
De 115 V uitvoering is voor landen met een netspan-
ning van 110 of 120 volt.
Dit apparaat mag alleen worden aangesloten op een
contactdoos met randaarde.
Gebruik alleen het netsnoer dat bij het apparaat is
geleverd.
Wij raden u af draadloze telefoons in de nabijheid
van het apparaat te gebruiken.
Op dit apparaat kan een potentiaalvereffeningskabel
worden aangesloten indien dit door plaatselijke in-
stanties wordt voorgeschreven.
Technisch onderhoud
Wij adviseren dit apparaat jaarlijks te laten controleren.
U kunt dit laten doen door uw leverancier of door een
andere instantie die door de fabrikant is geautoriseerd.
Het is tevens raadzaam een dossier bij te houden van alle
onderhoudsactiviteiten. In sommige landen is dit zelfs
verplicht. De controle en/of onderhoudsbeurt moet uitge-
voerd worden conform de in de service manual van ap-
paraat beschreven procedure. Probeer het apparaat niet
te openen. Onderhoud en reparaties dienen uitsluitend
te worden verricht door een geautoriseerde instantie. De
fabrikant is niet aansprakelijk voor de gevolgen van on-
derhoud en/of reparaties door onbevoegden.
Openings- en sluitingsreacties
Bij een constant current (CC) uitgangskarakteristiek kun-
nen onaangename openings- en sluitingsreacties optre-
den als de elektroden niet goed vastzitten of geheel los-
raken. Zorg ervoor dat bij plaatsen en losnemen van de
elektroden bij CC instelling de patientenstroom 0 mA is.
Gebruik bij dynamische applicatietechnieken bij voorkeur
de CV instelling.
Elektrolytische effecten
Bij stroomvormen met een gelijkstroomcomponent treedt
er onder de elektroden elektrolyse op. Om de elektroly-
tische produkten die onder de elektroden ontstaan zo-
veel mogelijk te absorberen en de effecten hiervan te be-
perken adviseren wij de bijgeleverde sponsjes te gebrui-
ken. Zorg ervoor dat deze voldoende nat gemaakt zijn
met water en plaats de dubbele laag van de spons tus-
sen de plaatelektrode en de patiënt.
Elektromagnetische interferentie
Het gelijktijdig aansluiten van een patiënt op de Endomed
582ID en HF-chirurgische apparatuur kan brandwonden
ter plaatse van de stimulerende elektroden veroorzaken.
Het gelijktijdig aansluiten is daarom niet toegestaan. Bij
gebruik in de onmiddellijke nabijheid (d.w.z. op 2 meter
afstand of minder) van in gebruik zijnde kortegolf- of micro-
golfapparatuur kan instabiliteit in het afgegeven signaal
van de Endomed 582ID ontstaan. Om elektro-magnetische
beïnvloeding te voorkomen, adviseren wij de Endomed
582ID en de kortegolf-/microgolfapparatuur elk op een ver-
schillende groep van het lichtnet aan te sluiten. Zorg er-
voor dat het netsnoer van het kortegolf-/microgolfapparaat
niet in de nabijheid van de Endomed 582ID of van de pa-
tiënt komt. Bij blijvende storing, veroorzaakt door
elektromagnetische interferentie, dient u contact op te
nemen met uw leverancier.
Produktaansprakelijkheid
In veel landen is inmiddels een wet op de produktaan-
sprakelijkheid van kracht, waarbij ondermeer geldt dat de
fabrikant na 10 jaar nadat een produkt in omloop is ge-
bracht, niet meer aansprakelijk gesteld kan worden voor
de gevolgen van eventuele gebreken aan het produkt.
Toebehoren en apparaatcombinaties
De Endomed 582ID is geschikt voor gecombineerd ge-
bruik met de Vacotron 360/560 en de Sonopuls 590. Het
gebruik in combinatie met een zuiggolfapparaat verge-
makkelijkt het aanbrengen van elektroden. Bovendien
zorgt de zuigkracht ervoor dat de huid onder de elektro-
den goed doorbloed is waardoor de effectiviteit van de
stimulerende stroom toeneemt en de behandeltijd ver-
kort kan worden. Bij een combinatie van ultrageluid- en
elektrotherapie onstaat een positieve beïnvloeding op het
weefsel van de twee afzonderlijke therapievormen.
De apparaten worden als volgt gecombineerd:
Stroom en zuiggolf: (afbeelding 1, pagina 75)
Sluit de bijgeleverde patiëntenkabel (artikel nr. 3444.088)
aan op de voorkant van de Endomed 582ID en aan de
achterkant van de Vacotron. De elektrotherapie wordt nu
via de vacuumelektroden toegepast.
Combinatietherapie: (afbeelding 2, pagina 75)
Sluit de speciale combinatiekabel (artikel nr. 3444 .079)
aan op kanaal 1 van de Endomed 582ID en de Sonopuls
590. De stroom wordt via de plaatelektrode aan de
combinatiekabel en de ultrageluid behandelkop toege-
diend. Bij combinatietherapie moet u ervoor zorgen dat
de plaatelektrode de anode is (positief) en de ultrageluid
behandelkop de kathode (negatief).
Nederlands
6
INLEIDING
Algemeen
De Endomed 582ID is een 2-kanaals, microprocessor
gestuurd apparaat waarmee zowel gelijkstromen als
wisselstromen toegediend kunnen worden voor stimu-
latie en diagnostiek. Alle gelijkstromen hebben een
constant current (CC) stroomkarakteristiek. Bij wissel-
stromen kan gekozen worden voor een constant current
(CC) stroomkarakteristiek of een constant voltage (CV)
karakteristiek. Bij het ontwerp van de Endomed 582ID
is veel aandacht besteed aan bedieningsgemak, vorm-
geving, functionaliteit en veiligheid.
Programma's
De Endomed 582ID kent twee verschillende soorten pro-
gramma's; voorgeprogrammeerde en vrij program-
meer-bare programma's. De voor-geprogrammeerde
programma's bevatten een schat aan fysiotherapeu-
tische kennis. Al deze programma's worden beschre-
ven in het meegeleverde boekje met referentienummer
1481.780.
De vrij programmeerbare programma's (1 t/m 20) kan
de gebruiker benutten om veel gebruikte instellingen
op te slaan. Bij onderbreking van de netspanning blijft
de inhoud van deze programma's behouden. Een spe-
ciaal geheugen (programma "0") zorgt ervoor dat, na
aanzetten, het apparaat zich instelt op uw meest ge-
bruikte therapievorm.
Afstandsbedieningen
Bij de Endomed 582ID kunnen twee typen afstandsbe-
dieningen gebruikt worden: één voor het regelen van
de amplitude van beide kanalen, en één met speciale
functies voor het opnemen van een I/t-curve.
Therapiemogelijkheden
De Endomed 582ID beschikt over de volgende stroom-
vormen:
bipolaire interferentiestroom
tetrapolaire interferentiestroom
symmetrische bifasische stroom
asymmetrische bifasische stroom
onderbroken wisselstroom (Russian Stimulation)
diadynamische stromen MF, DF, LP, CP en CPid
rechthoekpulsstroom (waaronder 2-5 stroom)
• driehoekpulsstroom
onderbroken gelijkstroom
Deze stroomvormen tezamen bieden vele therapeu-
tische mogelijkheden op het gebied van de heden-
daagse laagfrequent elektro-therapie.
Symmetrische en asymmetrische bifasische stroom
De symmetrische en asymmetrische bifasische pul-
stroom (TENS) wordt toegepast met het doel de dik-
vezelige afferente zenuwvezels te stimuleren hetgeen
tot pijnvermindering moet leiden.
De faseduur is instelbaar tussen 20 µs en 400 µs. Met
een korte faseduur is het mogelijk selectief dikvezelige
zenuwvezels te stimuleren. Een burstfrequentie kan in-
gesteld worden voor de behandeling van dieper lig-
gende pijnlijke gebieden (myofasciale pijn). Ook is het,
net als bij interferentiestroom, mogelijk een doorloop-
programma in te stellen ter voorkoming van adaptie.
Bipolaire interferentiestroom
De Endomed 582ID maakt tevens gebruik van bipolaire
interferentie, hierbij wordt de interfentiestroom in het
apparaat zelf opgewekt en heeft men slechts twee elek-
troden nodig in plaats van vier.
Tetrapolaire interferentiestroom
Door de relatief hoge draaggolf-frequentie van 2000,
2500, 4000, 6000 en 10000 Hz, en de afwezigheid van
gelijkstroomeffecten, is de interferentiestroom geschikt
voor de behandeling van dieper liggende weefsels. Bij
de klassieke tetrapolaire interferentiestroom worden
twee middenfrequente wisselstromen toegepast die
met een minimum aan weerstand de huid passeren.
Op het kruispunt van de twee stromen onstaat dan een
amplitude gemoduleerde frequentie (AMF of prikkel-
frequentie) die een maximaal effect heeft op de dieper
gelegen weefselstructuren (spieren, pezen, bursae of
periost). Door variëren van de AMF kan de behande-
ling aangepast worden aan het stadium, de ernst en
lokalisatie van de aandoening. Door het instellen van
een frequentiemodulatie en doorloopprogramma kan
adaptie van het weefsel tijdens de behandeling onder-
drukt worden. Bovendien kan een dynamische vector-
techniek ingesteld worden, waarbij de waarden van de
twee stromen t.o.v. elkaar langzaam variëren. Hierdoor
wordt het effectieve stimulatie gebied vergroot.
Onderbroken wisselstroom (Russian Stimulation)
Russian Stimulation is een middenfrequente wissel-
stroom met een draaggolf-frequentie van 2500 Hz. Deze
stroom wordt met een burstfrequentie (meestal 50 Hz)
onderbroken om de totale patiëntenstroom te verlagen
bij gelijkblijvend resultaat. Een ratio met een bepaalde
stroom/pauze verhouding wordt toegepast om de
stroom aan te passen aan de reacties van de patient.
Russian Stimulation wordt meestal toegepast in de
herstelfase en/of bij getrainde personen.
Diadynamische stromen (kanaal 1)
Diadynamische stromen zijn met name geschikt voor
behandeling van pijnklachten in kleine gewrichten (bijv.
vingergewrichten en polsgewricht). Bij reflexdystrofie
(M.Südeck) evenals bij oppervlakkige hyperalgesiën,
geven diadynamische stromen bij segmentale appli-
catie een uitstekend resultaat. Er kan worden gekozen
uit MF, DF, LP, CP en CPid.
2-5 Stroom (kanaal 1)
Deze laagfrequente stroom heeft een faseduur van 2
ms en een van fase-interval van 5 ms. De 2-5 stroom
kent een opmerkelijke pijndempende werking die zeer
snel optreedt en enige uren aanhoudt (Erst effect).
Pulsstroom (kanaal 1)
Voor spierprikkelen kan een keuze gemaakt worden
tussen rechthoek- en driehoekstroom. De faseduur is
instelbaar tussen 0,02 en 1000 ms (driehoekstroom
vanaf 0,1 ms). De fase-interval is instelbaar tussen 5
ms en 5000 ms. De fase-interval dient minimaal 2x zo
groot te zijn als de faseduur. Eventueel kan er een spier-
trainingsprogramma geselecteerd worden. Voor onder-
zoek naar de mate van elektrische prikkelbaarheid van
het neuromusculaire apparaat is het mogelijk om een
I/t-curve te maken. Optioneel is hiervoor een speciale
afstandsbediening verkrijgbaar.
Onderbroken gelijkstroom (kanaal 1)
Daar deze middenfrequent onderbroken gelijkstroom
milder ervaren wordt dan de gewone galvanische gelijk-
stroom, is deze stroomvorm uitermate geschikt voor
iontoforese; het door de huid inbrengen van medica-
menten. Gelijkstroom heeft een pijndempende werking,
terwijl tevens de circulatie wordt bevorderd.
Nederlands
7
1 Typesticker
Hier vindt u apparaatgegevens zoals type-, en serie-
nummer en aansluitgegevens zoals netspanning, op-
genomen stroom, type zekeringen en apparaat-klas-
sificatie.
2 Potentiaalvereffeningspunt
Voor gebruik in ruimten waar een potentiaal ver-
effeningskabel is voorgeschreven kan een dergelijke
kabel en plug voor de Endomed 582ID worden gele-
verd.
3 Netschakelaar, net-entree en zekeringen
Met deze schakelaar wordt de Endomed 582ID aan/uit-
gezet. Het netsnoer wordt hier aangesloten en hier be-
vinden zich twee zekeringen.
4 Draagbeugel, uitschuifbaar
5 Faseduur
Geeft bij pulsstromen de ingestelde faseduur weer.
6 Burstfrequentie
Geeft bij pulsstromen en bij onderbroken wisselstromen
(Russian Stimulation) de burstfrequentie weer.
7 Fase-interval/draaggolffrequentie
Geeft bij pulsstromen de ingestelde fase-interval weer
en bij interferentiestromen en Russian Stimulation de
draaggolffrequentie.
8 Ratio
Geeft bij Russian Stimulation de verhouding weer tus-
sen tijdsduur van de pulstrein en de pauze tussen twee
pulstreinen.
9 Prikkelfrequentie
Geeft de prikkelfrequentie weer bij pulsstromen en in-
terferentie (AMF).
10 Diadynamische- en interferentie
stromen
Geeft bij diadynamische stromen aan welk type gese-
lecteerd is. Geeft tevens aan welke interferentistroom
ingesteld is:
4p =tetrapolaire.
4p =tetrapolaire interferentie met vector,
kanaal 1 en 2 werken tezamen.
2p + 2p=bipolaire interferentie, kanaal 1 en 2
werken onafhankelijk van elkaar.
11 Frequentiemodulatie
Geeft de frequentieverandering weer die ingesteld
wordt ter voorkoming van gewenning bij pulsstromen
en interferentie.
12 Spiertrainingsprogramma's
Bij alle stroomvormen kan uit 4 zwelprogramma's ge-
kozen worden voor spiertraining. Weergave in het
display is in seconden houdtijd en pauzetijd.
De zwel- en slinktijd hebben een vaste waarde van 2
seconden.
13 Frequentiemodulatie doorloop
Geeft bij frequentiemodulatie aan welk doorloopprogram-
ma gekozen is. De weergave is in seconden. Een lange
doorloop is mild, een korte doorloop is agressiever.
BEDIENINGSORGANEN
14 Klok
Geeft de ingestelde behandelduur weer in minuten en
seconden. De klok loopt terug zodra de behandeling
is begonnen.
15 Programmanummer
Het nummer waaronder een bepaalde apparaat-
instelling is opgeslagen.
16 Nummercode
Hier verschijnt één van onderstaande nummers bij te-
genstrijdige apparaatinstellingen. De foutsituatie moet
eerst worden verholpen voordat de behandeling ge-
start kan worden.
Cijfer 0: De faseduur is te groot in verhouding tot de
fase-interval (groter dan 1:2). Verklein de faseduur of
verhoog de fase-interval.
Cijfer 1: Er is een verkeerde afstandsbediening op het
apparaat aangesloten. De Endomed 582ID functioneert
alleen met de op pagina 16 afgebeelde afstandsbedie-
ningen. Wissel de afstandsbediening.
17 Amplitude display kanaal 1
Geeft de piekwaarde (amplitude) van het stroom ka-
naal 1 weer. Een knipperend display duidt op slecht of
geen elektrisch contact (hoge elektrodenweerstand,
defecte kabel of open circuit).
18 Amplitude display kanaal 2
Geeft de piekwaarde (amplide) van het stroom kanaal
2 weer. Een knipperend display duidt op slecht of geen
elektrisch contact (hoge elektrodenweerstand, defecte
kabel of open circuit).
19 Programmatoets "vaste programma's"
Toets voor het oproepen van voorgeprogrammeerde
programma's. Deze programma's kunnen niet door de
gebruiker veranderd worden.
20 Programmatoets "opslaan"
Toets voor het opslaan van een apparaatinstelling
(programma) in het geheugen.
21 Programmatoets "oproepen"
Toets voor het oproepen van opgeslagen programma's
uit het geheugen.
22 Bevestigingstoets
Toets voor het bevestigen/accepteren van een met toets
19, 20 en 21 geselecteerd programma.
23 Toets pulsstroom asymmetrisch
bifasisch
Toets voor het instellen van een asymmetrisch
bifasische pulsstroom. Faseduur en pulsfrequentie zijn
vrij instelbaar. Naar keuze kan een frequentiemodulatie
of een burstfrequentie ingesteld worden.
24 Toets interferentiestroom
Selectietoets voor bipolaire, en tetrapolaire interferen-
tie. Het display (10) toont welke stroom is ingesteld.
/ DIA
PROG
Nederlands
8
32 Selectietoetsen display
Toetsen voor het selecteren van instel-
bare parameters op het display.
33 Toets pulsstroom symmetrisch
bifasisch
Toets voor het instellen van een symmetrisch bifasische
pulsstroom. Faseduur en pulsfrequentie zijn vrij instel-
baar. Naar keuze kan een frequentiemodulatie of een
burstfrequentie ingesteld worden.
34 Toets onderbroken wisselstroom
Geeft een onderbroken middenfrequentstroom (naar
keuze 2000, 2500, 4000, 6000 of 10000 Hz). Treinduur,
treinfrequentie en ratio zijn instelbaar. Eventueel kan hier-
bij een spiertrainingsprogramma geselecteerd worden.
35 Toets middenfrequente gelijkstroom
Toets voor het selecteren van onderbroken gelijkstroom
met een vaste frequentie van 8000 Hz, en een duty cycle
van 95%. Deze stroomvorm heeft een sterk galvanisch
karakter maar wordt milder ervaren dan continue ge-
lijk-stroom. Deze stroomvorm kan alleen via kanaal 1
toegepast worden.
36 Aansluiting afstandsbediening
Het aansluiten van andere dan de voorgeschre-
ven Enraf-Nonius afstandbedieningen kan de
vei- ligheid van de patiënt en de goede wer-
king van het apparaat nadelig beïnvloeden en
is derhalve niet toegestaan. Zodra een afstandsbedie-
ning aangesloten is, kan de patiëntenstroom alleen nog
op de afstandsbediening ingesteld worden. Als een af-
standsbediening aangesloten wordt tijdens een behan-
deling zal de stroom uit veiligheidsoverwegingen auto-
matisch uitzwellen.
37 Toets driehoek stroom
Toets voor het selecteren van driehoekstroom met
instelbare parameters. Wanneer de I/t-curve afstands-
bediening (1485.802) aangesloten wordt, schakelt de
Endomed 582ID over van continu-mode naar puls-
mode. Elke keer als de pulstoets op de afstands-
bediening ingedrukt wordt, wordt er één puls afgege-
ven. Deze stroomvorm kan alleen via kanaal 1 toege-
past worden.
38 Aansluiting patiëntenkabel
Aansluiting voor de bijgeleverde twee-aderige patiën-
tenkabel. Via deze aansluiting kan ook een Vacotron
360/560 voor gebruik met vacuumelektroden of een
Sonopuls 590 voor combinatietherapie aangesloten
worden.
39 Aansluiting patiëntenkabel
Aansluiting voor de bijgeleverde twee-aderige patiën-
tenkabel. Via deze aansluiting kan ook een Vacotron
360/560 voor gebruik met vacuumelektroden aange-
sloten worden.
Maak voor combinaties alleen gebruik van Enraf-
Nonius apparaten van het type BF. De geringe lek-
stromen van deze apparaten waarborgen een ab-
soluut veilige therapie.
25 Toets diadynamische stromen
Toets voor het selecteren van een diadynamische
stroom. Met de insteltoetsen kan gekozen worden uit
MF, DF, CP, LP of CPid. Deze stroomvorm kan alleen
via kanaal 1 toegepast worden.
26 Toets rechthoekstroom
Toets voor het selecteren van rechthoekstroom met
instelbare parameters. Wanneer de I/t-curve afstands-
bediening (1485.802) aangesloten wordt, schakelt de
Endomed 582ID over van continu-mode naar puls-
mode. Elke keer als men de pulstoets op de afstands-
bediening indrukt, wordt er één puls afgegeven. Deze
stroomvorm kan alleen via kanaal 1 toegepast worden.
27 Amplitude regelaar kanaal 1
Eindloze regelaar voor het instellen van de patiënten-
stroom in kanaal 1.
28 Keuzetoets polariteit
Toets voor het wisselen van de polariteit tussen de elek-
troden bij behandeling met gelijkstromen via kanaal 1.
Bij bediening van de polariteit-toets tijdens de behan-
deling zwelt de stroom eerst automatisch uit waarna
zij, met gewijzigde polariteit, weer inzwelt tot 80% van
de oorspronkelijk ingestelde waarde.
29 Keuzetoets CC/CV
Toets om de stroomkarakteristiek van kanaal 1 om te
schakelen van constant current (CC) naar constant vol-
tage (CV) bij behandeling met wisselstromen. Bij dy-
namische elektroden applicaties wordt aangeraden in
de CV-mode te werken.
Kanaal 2 heeft altijd een CC-karakteristiek
30 Amplitude regelaar kanaal 2
Eindloze regelaar voor het instellen van de patiënten-
stroom in kanaal 2.
31 Insteltoetsen display
Toetsen voor het instellen van de waarde van
een geselecteerde parameter.
Gi
CC
CV
rood zwart
rood
zwart
DIA
Nederlands
9
AANWIJZINGEN BIJ BEHANDELING
Plaatsen van de elektroden
Spoel voor het gebruik de sponsjes goed uit met water
dat op lichaamstemperatuur is gebracht. Plaats de
plaatelektroden in de sponsjes. Ook bij gebruik van een
Vacotron dient u sponsjes te gebruiken. Alleen goed
bevochtigde sponsjes zorgen voor een correcte stroom-
overdracht op de huid. Te droge sponsjes kunnen aan-
leiding geven tot irritatie, te natte sponsjes daarente-
gen kunnen lekstromen veroorzaken.
Voorzichtig: Een elektrode mag in geen geval direkt
contact met de huid maken. Gebruik altijd de bij-
geleverde sponsjes. Huiduitslag of kleine puistjes moe-
ten met vaseline worden afgedekt. De plaatelektroden
met spons-jes dienen door middel van de bijgeleverde
fixatiebanden op de huid gefixeerd te worden. Het aan-
brengen van zuigelektroden wordt beschreven in de
bedienings-handleiding van de Vacotron.
Plaatsen van de elektroden bij tetrapolaire interfe-
rentie
Bij tetrapolaire interferentie worden twee
patientenkabels (of vacuumslangen) gebruikt. Plaats
de vier elektroden zoals aangegeven om een optimale
interferentie patroon te verkrijgen.
1 = Patientenkabel 1
2 = Patientenkabel 2
Dosering
Bij inachtneming van de hier volgende richtlijnen wor-
den de negatieve bijwerkingen van de galvanische ef-
fecten zoveel mogelijk voorkomen.
Bij de dosering dient het stadium van het ziektebeeld
als leidraad. Dit houdt meestal in dat in een acuut sta-
dium met korte intervallen en een lage dosering be-
handeld wordt. Chronische klachten daarentegen kun-
nen meestal met een hogere dosis, en langere inter-
vallen worden behandeld, waarbij ook een groter aan-
tal behandelingen nodig kan zijn.
Bij het instellen van de stroom zijn de doelstelling
van de behandeling en de reactie van de patiënt al-
tijd maatgevend.
Stroomdichtheid
De norm IEC 60601-2-10 adviseert een stroomdichtheid
van 2 mA per cm2 niet te overschrijden.
Voor elke elektrode kan de aanbevolen maximum ef-
fectieve patiëntenstroom berekend worden door het
contactoppervlak (in vierkante centimeters) te verme-
nigvuldigen met 2. Let er op dat de elektroden zo ge-
plaatst worden dat er, over het hele oppervlak, goed
contact is met de huid.
N.B. Het gebruik van kleine elektroden in combinatie
met een hoge intensiteit kan huidirritatie of zelfs brand-
wonden ten gevolge hebben.
Bij het instellen van de stroom is de reactie van de
patiënt echter altijd maatgevend.
INDICATIES EN CONTRA-INDICATIES
Zie ook het meegeleverde therapieboek.
Indicaties
Diagnostiek, elektropalpatie voor het zoeken van:
• pijnpunten;
• triggerpoints;
hyperesthetische gebieden;
motorische prikkelpunten.
Therapeutisch handelen, pijndemping door stimulatie
van:
• pijnpunten;
• triggerpoints;
hyperesthetische gebieden.
Vegetatieve aandoeningen als:
het schouder/hand syndroom;
• M.Raynaud;
• M.Buerger;
Südeckse dystrofie.
Spierstimulatie:
voor herstellen van het bewegingsgevoel;
naar aanleiding van een atrofie;
bij revalidatie;
bij spierversterking (sport).
van de interne en externe sphincters bij de behan-
deling van incontinentie
Contra-indicaties
• koorts;
• tumoren;
• tuberculose;
plaatselijke ontstekingsprocessen;
• trombose;
• zwangerschap;
• pacemaker;
• metaalimplantaten.
1
2
Nederlands
10
INSTALLATIE
Stel de Endomed 582ID zodanig op dat de luchtsleuven
aan de achterkant en onderkant van het apparaat niet
afgedekt worden.
Aansluiten toebehoren
Sluit de patiëntenkabel, en eventueel een afstandsbe-
diening, aan op de betreffende aansluitbus op de voor-
kant van het apparaat.
Combineer eventueel de Endomed 582ID, door middel
van de patiëntenkabel, met een Vacotron 360/560 voor
gebruik van vacuumelektroden.
BEDIENINGSVOLGORDE
Bij het inschakelen voert het apparaat een zelftest uit;
alle LED's plus displayfuncties lichten kortstondig op,
een geluidsignaal is hoorbaar.
Kies een stroomvorm
Op het display verschijnen parameters die bij de
stroomvorm horen.
Selecteer een parameter.
Stel de waarde van de parameter in.
Stel de behandeltijd in.
Leg de elektroden aan. Gebruik de goed natgemaakte
sponsjes.
Start de behandeling door de amplitude regelaar van
het apparaat, of een aangesloten afstandsbediening,
langzaam op te draaien.
Voorzichtig: Let bij het instellen van de stroom altijd
op de reactie van de patiënt. Wanneer tijdens de be-
handeling een brandende of stekende sensaties on-
der de sponsjes optreedt kan deze veelal verholpen
worden door de sponsjes extra te bevochtigen. Mocht
dit niet voldoende zijn, verlaag dan de intensiteit.
Opmerking: Een knipperend stroomdisplay duidt op
slecht of geen elektrisch contact (hoge elektroden-
weerstand, defecte kabel of open circuit).
Einde behandeling
Automatisch:
Nadat de behandeltijd is afgelopen klinkt een signaal;
de stroom zwelt uit.
Handmatig:
Zet de patiëntenstroom en de klok op 0.
DIA Gi
mA
mA
Nederlands
11
Eigen programma in het geheugen zetten
Maak een apparaat-instelling. Met uitzondering van de
amplitude kunnen alle instellingen geprogrammeerd
worden.
Druk op de programmatoets "opslaan".
De zojuist gemaakte instelling verdwijnt van het display.
Zoek, door bediening van de insteltoets, een
programmanummer dat overschreven mag wor-
den.
Druk op de "bevestigings"-toets.
De nieuwe instelling is in het geheugen opgeslagen.
Eigen programma uit het geheugen oproepen
Op ieder willekeurig moment kan een programma uit
het geheugen opgeroepen worden.
Druk op de programmatoets "oproepen".
Zoek, door bediening van de insteltoets, het ge-
wenste programmanummer.
Druk op de "bevestigings"-toets.
Het programma is geaccepteerd.
Programma "0": een speciaal programma
Als het apparaat wordt aangezet, wordt na het doorlo-
pen van de zelftest automatisch programma 0 ingesteld.
Vanuit de fabriek is een voorkeur-instelling geprogram-
meerd. U kunt deze instelling vervangen door uw ei-
gen favoriete instelling; volg de hierboven beschreven
procedure. Het apparaat start dan op zoals u dat graag
wilt.
Vast programma oproepen
Druk op de programmatoets "PROG".
Selecteer, door bediening van de insteltoetsen,
één van de aandoeningsclusters.
Druk op de "bevestigings"-toets.
Selecteer, door bediening van de insteltoetsen, één van
de programma's behorende bij het geselecteerde clus-
ter.
Druk op de "bevestigings"-toets.
Taalinstelling
Taalinstelling
Bij de vaste programma's wordt gebruik gemaakt van
taalafhankelijke teksten in het parameterscherm. Deze
taal kan als volgt ingesteld worden:
Schakel het apparaat uit.
Druk op de "PROG"-toets
Houdt de "PROG"-toets ingedrukt, en schakel het
apparaat weer aan.
De taalinstelling kan nu gewijzigd worden.
Selecteer,door bediening van de instel-
toetsen, de gewenste taal.
Druk op de "bevestigings"-toets.
De taalinstelling is nu gewijzigd.
PROG
GEBRUIK VAN PROGRAMMA'S
PROG
Nederlands
12
.ONDERHOUD DOOR DE GEBRUIKER
Apparaat
Schakel eerst het apparaat uit en verwijder de net-
stekker uit de wandcontactdoos. Het apparaat kan ge-
reinigd worden met een vochtige doek. Gebruik hier-
voor lauw water en eventueel een huishoudelijk
schoonmaakmiddel (geen schuurmiddel).
Elektroden en sponsjes
De rubberelektroden en sponsjes dienen gereinigd te
worden met lauw water. In geval van hardnekkig vuil
en voor desinfecteren mag een 70% alcoholoplossing
gebruikt worden. De rubberelektroden kunnen hierbij
afgegeven.
Het is mogelijk dat bij een lage hardheidsgraad van het
water de sponsjes onvoldoende geleiden waardoor de
gewenste stroomsterkte niet wordt bereikt. Ook door
het desinfecteren kan de geleidbaarheid verminderen.
In deze gevallen kunt u een zoutoplossing gebruiken,
dit verhoogt de geleidbaarheid van het water.
Wanneer de elektroden niet gebruikt worden, dienen
de sponsjes verwijderd te worden. Dit verhoogt de le-
vensduur van de elektroden.
Sponsjes dienen regelmatig vervangen te worden. Wij
raden aan sponsjes en een set elektroden in voorraad
te houden.
Patiëntenkabel
Controleer de kabel geregeld op beschadigingen en
slechte contacten. Wij adviseren een patiëntenkabel in
voorraad te houden.
Einde levensduur apparaat en toebehoren
Uw Endomed 582ID en toebehoren bevatten materia-
len die hergebruikt kunnen worden en materialen die
schadelijk zijn voor het milieu. Bij het afvoeren, aan het
einde van de levensduur, kunnen gespecialiseerde be-
drijven deze artikelen demonteren om er de schade-
lijke materialen en de her te gebruiken materialen uit te
halen. Hiermee draagt u bij tot een beter milieu.
Informeer s.v.p. naar de plaatselijke regels voor het
afvoeren van apparatuur en toebehoren.
SPIERTRAINING
Bij de meeste stroomvormen kan uit vier verschillende
spiertrainingsprogramma's gekozen worden. Alle deze
programma's hebben een vaste zwel- en slinktijd van 2
seconden.
Na het maken van een apparaat-instelling met een
spiertrainingsprogramma wordt de sessie gestart door
de amplituderegelaar op te draaien. Het apparaat zal
dan de geselecteerde stroom afgeven zonder de spier-
hobbels. Op deze manier kan eenvoudig de gewenste
stroomsterkte bepaald worden. Vier seconden na het
instellen van het apparaat zal de stroomsterkte uit-
zwellen om vervolgens het geselecteerde spiertraining-
program-ma af te lopen met de hiervoor ingestelde
stroomsterkte.
Nederlands
13
AANWIJZIGINGEN BIJ STORINGEN
Lampjes en displays lichten niet op
Controleer het netsnoer en de zekeringen.
Het vervangen van een zekering
In de net-entree bevinden zich twee netzekeringen. Bij-
het uitnemen van de netkabel uit de net-entree wordt
de zekeringhouder bereikbaar. Open deze en schuif de
zekeringhouder eruit. Vervang de defecte zekering door
een van hetzelfde type (T1.6H250V). Duw de zekering-
houder weer in en sluit het netsnoer weer aan.
Code op het amplitude display
Het apparaat heeft tijdens of na de zelftest een fout ge-
vonden. Verwijder een eventueel aangesloten toebe-
horen en zet het apparaat opnieuw aan. Neem contact
op met uw leverancier als de code weer verschijnt. Het
apparaat is vermoedelijk defect.
Geen of onvoldoende uitgangsstroom
Controleer de patiëntenkabel op breuk of slecht
contact.
Zorg ervoor dat de sponsjes voldoende nat zijn.
Gebruik eventueel een zoutoplossing.
Reinig de elektroden en controleer deze op slecht
contact.
Verbroken contact in de CC-mode
Indien in de CC-mode het conctact verbroken wordt,
zal het apparaat dit met door middel van een pieptoon
melden. Om onaangename sensaties bij de patiënt te
vermijden, wanneer de behandelkop of elektrode weer
op het te behandelen oppervlak teruggeplaatst wordt,
zal de stroom uitzwellen tot 0. Om de behandeling te
vervolgen zult u de stroom weer opnieuw moeten in-
stellen
Nederlands
14
SPECIFICATIES
Algemeen
Aantal kanalen : 2
Mogelijkheden : kanaal 1, wisselstromen + gelijkstromen (constant current of constant voltage).
kanaal 2, wisselstromen (constant current).
Instelresolutie gelijkstromen CC : in stappen van 0,1 mA van 0 tot 15 mA
in stappen van 0,5 mA van 15 tot 20 mA
in stappen van 1 mA vanaf 20 mA
Nauwkeurigheid gelijkstromen CC : tot 3 mA ± 0,1 mA, boven 3 mA ± 3% (bij 500 )
Instelresolutie wisselstromen CC : in stappen van 0,2 mA van 0 to 1 mA
in stappen van 1 mA vanaf 1 mA
Instelresolutie wisselstromen CV : in stappen van 1 mA vanaf 0 mA
Nauwkeurigheid wisselstromen CC : tot 10 mA ± 0,5 mA, boven 10 mA ± 5% (bij 500 )
Klok : 0 - 60 Minuten
De maximale amplitude wordt binnen de specificaties gehaald tot een belasting van 500 (CC)
Tetra-, en bipolaire interferentie
Draaggolffrequentie : 2000, 2500, 4000, 6000, 10000 Hz
Prikkelfrequentie (AMF) : 0 - 200 Hz
Frequentiemodulatie (spectrum) : 0 - 120 Hz
Spectrumdoorloop : 1/1, 6/6, 12/12 en 1/30/1/30 s
Spiertrainingsprogramma's : 2/2/2/10 s, 2/7/2/25 s, 2/10/2/50 s, 2/20/2/80 s
Stroomsterkte : 0-100 mA
Symetrische en asymetrische bifasische pulsstromen
Faseduur : 20 - 400 µs
Prikkelfrequentie : 5 - 200 Hz
Frequentiemodulatie (spectrum) : 0 - 120 Hz
Spectrumdoorloop : 1/1, 6/6, 12/12 en 1/30/1/30 s
burstfrequentie : 0, 1, 2 en 5 Hz
Spiertrainingsprogramma's : 2/2/2/10 s, 2/7/2/25 s, 2/10/2/50 s, 2/20/2/80 s
Stroomsterkte : 0 - 140 mA
Onderbroken wisselstroom (Russian Stimulation)
Draaggolffrequentie : 2000, 2500, 4000, 6000, 10000 Hz
Burst : 0 - 100 Hz
Pauzeverhouding burst/pauze : 1:1, 1:2, 1:4 en 1:5
Zwel-, /houd-, /slink-, /pauzetijd : 2/2/2/10 s, 2/7/2/25 s, 2/10/2/50 s, 2/20/2/80 s
Stroomsterkte : 0 - 100 mA
Diadynamische stroomvormen (kanaal 1)
Mogelijkheden : MF, DF, CP, LP EN CPid
Stroomsterkte : 0 - 70 mA
Pulsstromen (kanaal 1)
Mogelijkheden : 2-5 Stroom volgens Träbert
Rechthoekpulsstroom
Driehoekpulsstroom
Faseduur : 0,02 - 1000 ms
0,1 - 1000 ms
Fase-interval : 5 - 5000 ms
Stroomsterkte : 0 - 80 mA
Onderbroken gelijkstroom (kanaal 1)
Frequentie / Duty Cycle : 8000 Hz / 95%
Stroomsterkte : 0 - 40 mA
Nederlands
15
TECHNISCHE GEGEVENS
Netspanning : 115 V , ± 15% 50-60 Hz
220-240 V , ± 10% 50-60 Hz
Opgenomen stroom : 0,26 A (230 V )
Netzekeringen : 2 x T1.6H250V
Patiëntenlekstroom : typisch 10 µA (IEC eis < 100 µA)
Idem, enkele foutconditie : typisch 20 µA (IEC eis < 500 µA)
Aardlekstroom : typisch 30 µA (IEC eis < 500 µA)
Idem, enkele foutconditie : typisch 50 µA (IEC eis < 1000 µA)
Medische klasse : IIb (volgens Richtlijn Medische Hulpmiddelen (93/42/EEG))
Veiligheidsklasse : I* type BF**, volgens IEC 60601-1
Afmetingen : 36 x 33,5 x 12 cm
Gewicht : 5,5 kg
Veiligheidskeuringen : TÜV Rheinland
Omgevingscondities voor Transport en Opslag
Omgevingstemperatuur : -10° tot +50° C
Relatieve vochtigheid : 10 tot 95 %
Atmosferische druk : 500 tot 1060 hPa
Omgevingscondities voor normaal gebruik
Omgevingstemperatuur : 10° tot 40° C
Relatieve vochtigheid : 10 tot 90 %
Atmosferische druk : 500 tot 1060 hPa
Classificatie
Medische klasse IIb
it apparaat voldoet aan de Richtlijn Medische Hulpmiddelen (93/42/EEG)
Internationale veiligheidsnorm IEC 60601-1
* : Het apparaat is voorzien van een veiligheidsaarde en moet op een randgeaarde
wandcontactdoos worden aangesloten.
** : Het apparaat heeft een zwevend patiëntencircuit. De Endomed 582ID voldoet aan
de eisen gesteld in IEC 60601-1 en IEC 60601-2-10.
Technische wijzigingen voorbehouden.
BESTELGEGEVENS
Voor de bestelgegevens van de Endomed 582ID, standaard toebehoren en extra toebehoren verwijzen wij naar de
Catalogus Enraf-Nonius.
Type BF
Nederlands
16
1485.802
Afstandsbediening met speciale toetsen voor I/t-curven.
1 Amplitude regelaar
Eindloze regelaar voor het instellen van de
patiëntenstroom van kanaal 1.
2 Puls-toets
Toets voor het geven van een enkelvoudige puls
voor het opnemen van een I/t-curve. Deze puls-toets
functioneert alleen wanneer er een rechthoek- of een
driehoekstroom geselecteerd is. Bij de overige
stroomvormen heeft deze toets geen functie.
3 Up/down-toets
Toets voor het instellen van de waarde van een ge-
selecteerde parameter op het display van de
Endomed 582ID. Bij het opnemen van een I/t-curve
kan met deze toets de faseduur van de puls inge-
steld worden.
4 Bevestigings-toets
Deze toets functioneert niet als de afstandsbedie-
ning gebruikt wordt op de Endomed 582ID.
De toets heeft een speciale functie bij gebruik van
de afstandsbediening op andere apparaten.
STOP
1
2
mA
mA
1
mA
321 1 2 43
1485.801
2-kanaals afstandsbediening met STOP-toets
AFBEELDINGEN EN BEDIENINGEN VAN OPTIONELE AFSTANDSBEDIENINNGEN
1 Amplituderegelaar kanaal 1
Eindloze regelaar voor het instellen van de patiënten-
stroom van kanaal 1.
2 Amplituderegelaar kanaal 2
Eindloze regelaar voor het instellen van de patiënten-
stroom van kanaal 2.
3 Stop-toets
Toets voor het onderbreken van de behandeling.
Na bediening van de toets zwelt de stroom in beide
kanalen uit naar 0 mA.
English
17
PRELIMINARY REMARKS
General
The equipment is only meant to be used by competent
personnel in physiotherapy, rehabilitation or adjacent
areas. It is important that you read these operating in-
structions carefully before using the Endomed 582ID.
Please make sure that these instructions are available
to all personnel who operate the equipment. For the
various applications of this apparatus, please refer to
our therapy book “Low and Medium Frequency Electro-
therapy”, reference number 1480.762. Pay attention to
the following before using the Endomed 582ID:
1. Keep yourself informed of the contra-indications (see
page 22).
2. The apparatus may not be used in close proximity
(i.e. less than 2 metres) to shortwave or microwave
equipment.
3. The patient must be in sight of the therapist at all times.
The manufacturer cannot be held responsible for the
results of using this apparatus for any purposes other
than described in these operating instructions.
Installation
Do not install the unit in a location near to a heat
source such as a radiator.
Avoid exposure to direct sunlight, rain, excessive dust,
dampness, mechanical vibrations and shocks.
This unit should not be used in so-called “wet rooms”
(hydrotherapy rooms).
The unit has to be installed in such way that liquid
cannot enter.
Should any liquid ingress into the housing of this equip-
ment, unplug the unit from the wall socket and have it
checked by an authorized expert.
Connection
Mains supply connections must comply with the na-
tional requirements regarding medical rooms.
Before connection of this apparatus to the supply,
check that the mains voltage and frequency stated on
the typeplate of this apparatus correspond to that of
the mains supply. The 220-240 V model is meant for
countries with mains voltage of 220, 230 or 240 volt.
The 115 V model is meant for countries with mains
voltage of 110, 120 or 130 volt.
This apparatus may only be connected to an earthed
wall socket.
Only use the mains cable supplied with the apparatus.
We advise you not to use wireless telephones in the
proximity of the unit.
A potential equalisation cable may be connected to
this unit, if required by national regulations.
Technical maintenance
We recommend to have the unit checked annually. This
may be done by your supplier, or by another agency, au-
thorized by the manufacturer. It is also recommended that
a record of the service history is kept for all activities relat-
ing to service and maintenance. In some countries this is
even obligatory. The check up and/or technical mainte-
nance must be carried out conform the procedure described
in the service manual of the unit. No attempt should be
made to open the unit. Maintenance and all repairs should
only be carried out by an authorized agency. The manufac-
turer will not be held responsible for the results of main-
tenance or repairs by unauthorized persons.
Dynamic application techniques
The Endomed 582ID has a Constant Current (CC) output
characteristic. This can cause unpleasant connection and
disconnection reactions in dynamic application techniques
if the electrodes are not securely placed or lose contact
with the skin. Make sure the output is set to 0 mA when you
apply or remove the electrodes. Preferably use Constant
Voltage (CV) in case of dynamic application techniques.
Electrolytic effects
Electrolysis occurs under the electrodes when current
types with a D.C. component are applied. Because the
greatest concentration of electrolytic by-products is
caused by ion migration occurring under the electrodes,
we recommend the use of the supplied sponges to keep
the effects to a minimum. Make sure that the sponges
are kept well moistened and place the thick side of the
sponge between the flexible rubber electrodes and the
patient.
Electromagnetic interference
Simultaneous connection of a patient to High Frequency
Therapy (shortwave or microwave) equipment and an
electrical stimulator must not be done as this may result
in burns at the site of the stimulator electrodes. Opera-
tion in close proximity (i.e. less than 2 metres) to work-
ing shortwave or microwave therapy units may produce
instability in the Endomed 582ID output.
To prevent electromagnetic interference, we strongly
advise using separate mains groups (phases) for the
Endomed 582ID and the shortwave or microwave equip-
ment, and a distance of at least 2 metres is kept be-
tween the Endomed 582ID and the shortwave or micro-
wave equipment. Ensure that the mains cable of the
shortwave/microwave unit does not come near the
Endomed 582ID or the patient. If problems with electro-
magnetic interference persist, please contact your au-
thorized distributor.
Product Liability
A law on Product Liability has become effective in many
countries. This Product Liability law implies, amongst
other things, that once a period of 10 years after a prod-
uct has been brought into circulation has elapsed, the
manufacturer can no longer be held responsible for pos-
sible defects of the product.
Accessories and equipment combinations
The Endomed 582ID is equipped for combined opera-
tion with the Vacotron 360/560 suction massage appli-
ance and the ultrasound unit Sonopuls 590. The combi-
nation of Endomed 582ID/Vacotron 360/560 is therapeu-
tically expedient because the application of the elec-
trodes is greatly simplified and the skin resistance is
diminished.
With combination of ultrasound- electrotherapy two therapy
forms are combined to a therapy in which both forms
have a positive influence to one another. The equip-
ment must be connected to one another as described
hereafter.
Electrotherapy and vacuummassage (picture 1, page 75)
Plug the patient cable (Art.no.: 3444.088) into the socket
at the front of the Endomed 582ID and connect it to the
corresponding contacts at the back of the Vacotron 560.
The stimulation-current will be applied through the
vacuum electrodes.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78

Enraf-Nonius Endomed 582id Benutzerhandbuch

Typ
Benutzerhandbuch