Pottinger HIT 470 N Bedienungsanleitung

Typ
Bedienungsanleitung

Dieses Handbuch ist auch geeignet für

Handleiding
NL
+ INSTRUCTIES VOOR DE OVERDRACHT VAN MACHINES . . . pagina 3
"Vertaling van de originele handleiding" Nr.
Cirkelhooier
99 2041.NL.80N.0
HIT 470 N
(Type 2041 : + . . 01001)
HIT 470 H
(Type 2041 : + . . 01001)
HIT 540 N
(Type 2051 : + . . 01001)
HIT 540 A
(Type 2051 : + . . 01001)
ALLG./BA SEITE 2 / 0000-NL
Productaansprakelijkheid, informatieplicht
Productaansprakelijkheid verplicht de fabrikant en handelaar bij de verkoop van machines een
handleiding te overhandigen en de gebruiker te instrueren over de bedienings-, de veiligheids- en de
onderhoudsvoorschriften.
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de
fabrikant wordt bevestigd.
Hiertoe dient:
- Document A getekend naar de importeur c.q. naar de fabrikant te worden gezonden.
- Document B blijft bij de dealer en
- Document C is voor de gebruiker.
In de zin van de productaansprakelijkheid is elke landbouwer ondernemer.
Een schade in de zin van de wet productaansprakelijkheid is een schade, die door een machine ontstaat,
die echter niet aan deze machine ontstaat: voor de aansprakelijkheid is een eigen risico voorzien van
EURO 500,-.
Bedrijfsschade in de zin van de productaansprakelijkheid is uitgesloten.
Let op! Ook wanneer de machine later door de gebruiker wordt ingeruild of doorverkocht dient de
handleiding meegeleverd en de nieuwe gebruiker op de voorschriften te worden gewezen.
NL Geachte gebruiker!
U hebt een goede keuze gemaakt en wij feliciteren U dan ook dat U voor
het merk Pöttinger hebt gekozen.
Als Uw landbouwkundige partner bieden wij U kwaliteit en capaciteit,
gekoppeld aan een goede service.
Teneinde enig inzicht te verkrijgen in de omstandigheden waaronder
de machine wordt ingezet en om in de toekomst nieuwe machines te
kunnen ontwikkelen, verzoeken wij U ons enige gegevens te verstrekken.
Daardoor is het dan ook mogelijk om U in de toekomst gericht over nieuwe
ontwikkelingen te informeren.
Pöttinger-nieuwsbrief
www.poettinger.at/nl/newsletter
Actuele vakinformatie, nuttige links en ontspanning
Document D
NL-0600 Dokum D Anbaugeräte
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Tel. 07248 / 600 -0
Telefax 07248 / 600-2511
Wij verzoeken U de volgende punten i.v.m. de wet op de productaansprakelijkheid te controleren.
NL
T Machine aan de hand van de pakbon gecontroleerd. Alle verpakte delen verwijderd en uitgepakt. Aftakas, veiligheidsinrichtingen en
handleidingen zijn aanwezig.
T De bediening, de inbedrijfsstelling en het onderhoud van de machine resp. werktuig aan de hand van de handleiding met de gebruiker
besproken en uitgelegd.
T Bandenspanning gecontroleerd
T Wielbouten en moeren op vastzitten gecontroleerd.
T Op het juiste toerental van de aftakas gewezen.
T Aanspanning aan de trekker gecontroleerd en eventueel aangepast: Driepuntsbevestiging
T Informatie verstrekt over lengtebepaling van de aftakas.
T Proefgedraaid met de machine en geen gebreken geconstateerd.
T Tijdens het proefdraaien de werking van de machine uitgelegd.
T Het zwenken in werk- en transportstand uitgelegd.
T Informatie verstrekt over extra leverbaar toebehoren.
T Gebruiker gewezen op het nut en de noodzaak om de handleiding goed te lezen.
Aankruisen hetgeen van toepassing is. X
INSTRUCTIES VOOR DE
OVERDRACHT VAN MACHINES
T
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de fabrikant wordt bevestigd.
Hiertoe dient:
- Document A getekend naar de importeur c.q. naar de fabrikant te worden gezonden of via internet (www.poettinger.at) te worden verstuurd.
- Document B blijft bij de dealer en
- Document C is voor de gebruiker.
- 4 -
0800_NL-INHALT_2041
NL
INHOUDSOPGAVE
Inhoudsopgave
INHOUDSOPGAVE
CE-kenmerk .............................................................. 5
Betekenis van de waarschuwings afbeeldingen ...... 5
PRESTATIEBESCHRIJVING
Overzicht HIT 540N ................................................... 6
Overzicht HIT 540A .................................................... 6
Varianten .................................................................... 7
AANBOUW
Aanbouw van de machine met
driepuntsnaloopbok ................................................... 5
Aanbouw van machines met dissel (A) ...................... 5
Hefstangen vastzetten ............................................. 5
Aftakas aanpassen .................................................... 5
Hydrauliekslangen en elektro-kabel .......................... 6
Wegzetten van de machine (N, H) ............................. 7
Wegzetten van de machine (A) .................................. 7
Parkeren in de open lucht (A, H, N) ........................... 8
Winterberging (A, H, N) .............................................. 8
AFSTELLEN VOOR HET BEGIN VAN HET WERK
Verstellen van de schudhoek ..................................... 9
Tanden instellen ......................................................... 9
Instelling van de werkdiepte (N, H) ............................ 9
Instelling van de werkdiepte (A) ................................. 9
Instelling van de grenzen van de werkdiepte ............ 9
Veranderen van werkstand in transportstand .......... 10
Veranderen van transportstand in werkstand .......... 10
Het rijden op openbare wegen ................................ 11
Algemene richtlijnen voor het werken met de
machine ................................................................... 12
Trekkerstuurventiel (ST) .......................................... 12
Werken op de helling ............................................... 12
Schokbrekers ........................................................... 12
Afstellen ................................................................... 12
Hefstangen vastzetten ........................................... 12
Het inhooien van de perceelsranden ....................... 13
Tanden instellen ....................................................... 13
ONDERHOUD
Veiligheidsaanwijzing ............................................... 14
Algemene aanwijzingen voor het onderhoud ......... 14
Reinigen van machinedelen ..................................... 14
In de openlucht laten staan ..................................... 14
Overwinteren ........................................................... 14
Aftakassen ............................................................... 14
Hydrauliekinstallatie ................................................. 14
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 15
Na de eerste gebruiksuren ...................................... 15
Hoofdaandrijving ..................................................... 15
Verwisselen van tanden ........................................... 15
Bijstellen van de tandenslijtage ............................... 15
Aftakas ..................................................................... 15
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische gegevens .............................................. 16
Vereiste aansluitingen .............................................. 16
Doelgericht gebruik van cirkelhooier ....................... 16
Uitrusting tegen meerprijs ....................................... 16
De belangrijste delen van de cirkelhooier ................ 17
Plaats van het typeplaatje ....................................... 17
AANHANGSEL
Aanwijzingen voor veilig werken .............................. 20
Aftakas ..................................................................... 22
Smeermiddelen........................................................ 24
Smeerschema .......................................................... 26
Montage nachtwiersaandrijving .............................. 28
Werken met nachtwiersaandrijving ......................... 28
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig ......... 29
- 5 -
0800_NL-INHALT_2041
INHOUDSOPGAVE NL
De veilig-
heidsvoor-
schriften
in aanhangsel A
navolgen!
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen
CE-kenmerk, geeft aan dat de machine
beantwoord aan de EGrichtlijnen.
EG conform verklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG
conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de
afgeleverde machine aan alle voorgeschreven veiligheidsen
medische voorschriften beantwoordt.
Betekenis van de waarschuwings
afbeeldingen
Buiten het zwenkbereik van de machine blijven.
Gevaar door draaiende machinedelen.
Blijf uit het werkbereik van de zwadhark zolang de
trekkermotor nog draait.
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen
kunnen bewegen.
495.173
6
1200_NL-ÜBERSICHT_2041
NL
PRESTATIEBESCHRIJVING
2
1
3
4
5
5
6
Overzicht HIT 540N
2
1
4
4
3
1
Aanduidingen:
(1) Veiligheidsbeugel
(2) Aandrijving
(3) 3 3-punts aanbouwbok met naloopinrichting
(4) Waarschuwingspanelen met begrenzingsverlichting
(optie)
Aanduidingen:
(1) Veiligheidsbeugel
(2) Aandrijving
(3) Dissel
(4) Voorste steunpoot
(5) Waarschuwingspanelen met begrenzingsverlichting
(optie)
(6) Achterste steunpoot
Overzicht HIT 540A
7
1200_NL-ÜBERSICHT_2041
NL
PRESTATIEBESCHRIJVING
Varianten
Aanduiding Aanbouwtype Beschrijving
HIT 470 N 3 punts aanbouwbok (zwenkbaar) Arbeidsbreedte 4,4m
HIT 470 H 3 punts aanbouwbok (vast) Arbeidsbreedte: 4,4 m
HIT 540 N 3 punts aanbouwbok (zwenkbaar) Arbeidsbreedte: 5,2 m
HIT 540 A Dissel Arbeidsbreedte: 5,2 m
- 5 -
1200_NL-Anbau_2041
NL
AANBOUW
Aftakas aanpassen
Voor de eerste ingebruikname moet de cardanas worden
gecontroleerd en eventueel worden aangepast. Inkorten
van aftakas" zie Aanhangsel-B .
Aanbouw van de machine met
driepuntsnaloopbok
Aanwijzingen voor veilig werken:
zie aanhangsel-A p. 7.), 8a. - 8h.)
- Machine aan de driepuntshefinrichting bevestigen.
- De hefarmen vast zetten zodat de machine niet zijdelings
wegzwenken kan. Steunpoot (5) inschuiven en borgen.
Aanbouw van machines met dissel (A)
1. Monteer de akkerrail (1) aan de hefarm van de tractor.
De akkerrail moet om de kogel kunnen roteren.
2. Hang de dissel aan de akkerrail van de tractor.
3. Bout (2) middels spiebout borgen.
4. Beveilig de combinatie met de veiligheidsketting, zoals in
de afbeelding. (Neem de lokale wetten en voorschriften
in acht!) Hang daarvoor de veiligheidsketting (3) om de
akkerrail en haal deze door de grote opening achter
de koppeling.
5. Schuif de steunpoten voor en achter in en beveilig de
steunpoten middels een spiebout.
6. Trekkerhydrauliek op de juiste hoogte instellen (zie
hoofdstuk Instellingen voor de werkzaamheden)
TD34/90/4
5
4
Attentie!
De steekpen
alleen van plaats
veranderen als
de machine is
geheven.
Hefstangen vastzetten
- De hefstangen (U) van de trekker moeten spelingsvrij
worden vergrendeld om heen- en weerzwenken van
de machine te voorkomen.
1
2
3
- 6 -
1200_NL-Anbau_2041
NL
AANBOUW
Hydrauliekslangen en elektro-kabel
bij hydraulisch heffen:
- kabel (S) naar
de trekkercabine
leggen
bij aanbouwbok:
(Variant N, H)
- 1x elektro/licht
leiding
- 1x enkele
hydraulische leiding
voor heffen van de
zijcirkelharken
bij dissel (variant A):
- 1x elektro/licht leiding
- 2x dubbele hydraulische leiding voor de disselhydrauliek
- 1x enkele hydraulische leiding voor heffen van de
zijcirkelharken
1. Driewegkraan gesloten (stand A).
2. Slang (60) op de trekker aansluiten.
- De hydraulische slang alleen op de trekker aansluiten
of afkoppelen als de blokkeerkraan in stand A staat.
Aanwijzing: Hydrauliekslangen en elektro-kabels zijn met
over-lengte op de machine gemonteerd. De machine
kan daardoor achter verschillende trekkers worden
gebruikt.
De hydrauliekslangen en elektro-kabels op
passende lengte samenrollen en met kabelstrips
(K) bevestigen.
Hydrauliekslangen en elektro-kabels
mogen niet door de draaiende elementen
worden beschadigd.
Er moet altijd voldoende afstand tot de
draaiende elementen worden aangehouden,
ook bij het maken van bochten.
• Let op lengte "L1 en L2"!
- 7 -
1200_NL-Anbau_2041
NL
AANBOUW
Wegzetten van de machine (N, H)
Machine altijd veilig wegzetten!
* De machine kan worden weggezet zowel vanuit
arbeidspositie als ook vanuit transportpositie.
1. Bouten (bij nog geheven machine) bij de zwenkbok
(SB) in positie B plaatsen
2. Machine met de hefinrichting van de trekker laten
zakken.
3. Voorste steunpoot omlaag klappen en beveiligen
4. Achterste steunpoot omlaag klappen en met spiebout
(V) beveiligen
5. Cardanas verwijderen en op de steun leggen.
Veiligheidsketting (H) niet gebruiken voor het ophangen
van de cardanas!
6. Hydraulische leiding(en) losmaken.
7. Elektrokabel losmaken.
8. Machine van de trekker losmaken.
Opmerking!
Bouten alleen bij
geheven machine
omsteken.
Wegzetten van de machine (A)
Machine altijd veilig wegzetten!
* De machine kan worden weggezet zowel vanuit
arbeidspositie als ook vanuit transportpositie.
Opmerking: Let erop dat de machine niet
naar achteren kantelt.
1. Klap daarvoor eerst de achterste steunpoot omlaag en
beveilig dan de achterste steunpoot met de spiebout
(V)
2. Voorste steunpoot omlaag klappen en beveiligen
3. Cardanas verwijderen en op de steun leggen.
Veiligheidsketting (H) niet gebruiken voor het ophangen
van de cardanas!
4. Hydraulische leiding(en) losmaken.
5. Elektrokabel losmaken.
6. Machine van de trekker losmaken.
- 8 -
1200_NL-Anbau_2041
NL
AANBOUW
Aanwijzing!
Tijdens het werken moet de steunpoot in de bovenste
stand worden gebracht en met de steekpen (V) worden
geborgd.
Parkeren in de open lucht (A, H, N)
Wanneer u de machine voor langere tijd in de open lucht
wegzet, moeten de zuiger stangen van de hydraulische
cilinders gereinigd en geconserveerd worden met
zuurvrij vet.
Belangrijk!
- De ballonbanden van de omhooggeklapte elementen
moeten in horizontale positie gedraaid worden.
Hierdoor wordt voorkomen, dat er regenwater in de
wiellagers loopt.
Winterberging (A, H, N)
Tijdens een langdurige stalling moeten de loopwielen
ontlast worden.
FETT
TD 49/93/2
- 9 -
1200_NL-Voreinstellungen_2041
NL
AFSTELLEN VOOR HET BEGIN VAN HET WERK
Verstellen van de schudhoek
Aanwijzingen voor veilig werken:
• voor het verrichten van instel-, onderhouds-
en reparatie werkzaamheden, de trekker-
motor uitschakelen.
werkzaamheden onder de machine alleen
uitvoeren, wanneer de machine vast en
zeker staat en goed wordt ondersteund.
Bij machines met dissen (variant A) mag de
cirkelharkhoek van de binnenste cirkelhark
alleen dan worden versteld, als de machine
is opgekrikt.
Door de vertanding (A) kunnen de loopassen binnen
een zwenkbereik van 10° versteld worden.
1 tandje is 1°
Veel voer = grote hoek
Wenig voer = kleine hoek
Tanden instellen
De stand
van de
tanden kan
veranderd
worden
door het
verdraaien
van de
tandhouder (80).
positie "S1"
standaard afstelling (af fabriek).
positie "S2"
voor zware omstandigheden, bijv.
bij zeer dicht en zwaar gewas. De
strooiwerking wordt met deze
tandafstelling verhoogd.
draairichting "R"
opletten bij het monteren van de tanden.
TD16/96/1
80
S1S2
80
TD 16/96/2
R
Instelling van de werkdiepte (N, H)
Stel de werkdiepte in via de topstang zodat het oogstgoed
over de gehele werkbreedte goed wordt meegenomen.
Instelling van de werkdiepte (A)
Stel de werkdiepte in via het dubbelwerkende regelventiel
zodat het oogstgoed over de gehele werkbreedte goed
wordt meegenomen.
Instelling van de grenzen van de
werkdiepte
1. Draai de handslinger (1) over de cirkelharkschijf om
de diepst mogelijke arbeidspositie in te stellen. Dit
is vooral belangrijk om de slijtage van de tanden te
compenseren.
2. Beveilig de handslinger met de contramoer (2).
12
- 10 -
1200_NL-TRANSPORTSTELLUNG_2041
NL
TRANSPORTSTAND
WERKSTAND
Veranderen van werkstand in
transportstand
Veiligheidsaanwijzing!
Het omschakelen van werk- in
transportstand en omgekeerd, alleen op
een effen, vaste ondergrond uitvoeren.
Om veiligheids redenen de aftakas
uitschakelen en wachten tot de rotoren
stilstaan.
Vaststellen of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en dat er zich verder niemand
in de gevarenzone rond de machine bevindt.
1. Omhoogzwenken van de cirkelharkarmen
Handmatig omhoogklappen (H, N)
- met de hand de beugel
(9) vastpakken en
door het heffen van de
buitenste elementen in
transportstand zwenken.
De haken vergrendelen
automatisch.
Hydraulisch
omhoogklappen (A, H, N)
- Zet de werkdiepte naar
transportpositie om. Stel
daarvoor het dubbele
regelventiel in op 'heffen'.
- Door het bedienen van het
stuurventiel (ST) worden de
buitenste rotorelementen
omhoog geklapt in de
transportstand. De haken
vergrendelen automatisch.
Attentie!
- Controleer of de haken (10) goed vast gegrepen
hebben.
2. Met de trekkerdriepuntshydrauliek de machine
zo ver laten zakken, dat deze met de beide
middenste loopwielen op de grond staat. (H, N)
3. Zwenken van de buitenste rotorelementen
- Met een hand de beugel vastpakken en met de andere
hand de pen ontgrendelen (stand C).
- Bij het zwenken de beugel vast blijven houden, totdat
de pen weer vergrendeld is (stand G).
Veranderen van transportstand in
werkstand
Veiligheidsaanwijzing!
Het omschakelen van werk- in
transportstand en omgekeerd, alleen op
een effen, vaste ondergrond uitvoeren.
Vaststellen of de ruimte waarin de machine
zwenkt vrij is en dat er zich verder niemand
in de gevarenzone rond de machine
bevindt.
- Rotorelementen naar buiten draaien.
Zie hierboven "zwenken van de buitenste rotorelementen"
- Mechanische vergrendelingen (10) los maken.
Bij een hydraulische heffing:
het stuurventiel (ST) kort op
heffen zetten en gelijktijdig
aan koord (S) trekken.
Hierdoor worden
de mechanische
vergrendelingen (10)
ontgrendeld.
- Buitenste rotorelementen in
de werkstand zwenken.
10
TD26/93/36
G
C
G
C
TD 40/93/2
- 11 -
1200_NL-TRANSPORTSTELLUNG_2041
NL
TRANSPORTSTAND
WERKSTAND
Het rijden op openbare wegen
Neem de wettelijke voorschriften in uw land in acht.
U mag alleen op openbare wegen rijden met de machine
in de transportstand (beschreven in het hoofdstuk
"Transportstand").
Totale breedte van de machine in werkstand: meer dan
3 meter
Totale breedte in transportstand: zie technische
gegevens
De buitenste rotorelementen voor elk transport naar
binnen klappen.
Alleen in deze stand wordt de maximaal toegestane
transportbreedte niet overschreden.
Met de rotor in deze positie, kan ook
niemand door de tanden worden geraakt.
- 12 -
1200_NL-Einsatz_2041
NL
GEBRUIK
Algemene richtlijnen voor het werken
met de machine
- Verschillende werkzaamheden in het bereik van de
elementen mogen slechts worden uigevoerd als de
trekker motor is stopgezet of als tenminste de aftakas
is uitgeschakeld.
Blijf uit het werkbereik van de machine zolang
de trekkermotor nog draait.
- Rijsnelheid zodanig kiezen dat het gewas schoon
opgenomen wordt.
- Als de slipkoppeling werkt, 1 versnelling langzamer
rijden.
Driepuntsnaloopbok "type N"
- Driepunts-naloopbok: de machine heffen voor een
nauwe bocht of voor het achteruit rijden.
Voorzichtig!
Machine zwenkt tijdens het heffen
automatisch in de stand midden (M) achter
de trekker en vergrendelt automatisch.
Let er op dat de zwenkende machine
niemand in gevaar brengt en niet tegen
obstakels aan komt. Bij het laten zakken
van de machine wordt de vergrendeling
automatisch ontkoppeld.
Trekkerstuurventiel (ST)
- Trekkerstuurventiel (ST)
op de "zweefstand" of
op zakken zetten.
De buitenste elementen
passen zich dan goed
aan aan de ondergrond.
Werken op de helling
Pas op! Machine met driepuntsnaloopbok "type
N"
Wanneer de machine tijdens het rijden door bochten
met de hefinrichting omhoog gebracht wordt, zwenkt
het element automatisch in de middenstand. Dit kan
op hellingen, door de massa van het element, tot
gevaarlijke situaties leiden (Omkippen, wegglijden,
materiaalbreuk enz).
De dempers zorgen ervoor,
dat de zwenkbeweging niet
snel, maar langzaam en
gelijkmatig gaat.
Schokbrekers
(optionele uitvoering)
Voor gebruik op de helling, wordt
het gebruik van schokbrekers (D)
ten sterkste aangeraden, omdat
deze de rijveiligheid vergroten.
Afstellen:
Door het draaien van de moer
(SK) kan de spanning van de veren en daarmee de
druk op de elementen (R) aan de drukstang veranderd
worden.
Afstellen
- De lengte van de topverbinding zodanig afstellen dat de
machine voorover neigt en de tanden de bodem licht
raken (zie ook hoofdstuk: "Afstellen van de werkhoek").
De afstelling van de topstang tijdens het werk enige
keren controleren.
Hefstangen vastzetten
- De hefstangen (U) van de trekker moeten spelingsvrij
worden vergrendeld om heen- en weerzwenken van
de machine te voorkomen.
495.173
- 13 -
1200_NL-Einsatz_2041
NL
GEBRUIK
Na het zwenken van de wielen loopt de machine schuin
achter de trekker. Het gewas wordt hierdoor van de
rand weg in het veld gestrooid.
Instellen van de wielen
- Stellhebel (7) nach unten drücken
- Wielen naar links of rechts zwenken.
- Hefboom in de gewenste stand laten vastzetten.
Variant N, H Variant A
Aanwijzing
In deze stand is de maximum uitslag (9) bereikt.
Om bochten te maken of aan het einde van het perceel
moet de machine worden geheven.
Attentie!
Daarbij zwenkt de machine weer midden
achter de trekker.
Het inhooien van de perceelsranden
Tanden instellen
Positie "S1" , "S2"
- zie "AFSTELLEN VOOR
HET BEGIN VAN HET
WERK"
S1S2
80
TD 16/96/2
R
TD26/93/44
7
7
Aanwijzing!
Voor het transport
over de weg moe-
ten de loopwielen
weer in midden-
positie worden
gebracht, zodat
de machine in
variant A midden
achter de trekker
loopt.
- 14 -
NL
1201_NL-Allgemeine-Wartung_BA
Hydrauliekinstallatie
Wees voorzichtig met hydrauliekinstallaties i.v.m.
verwonding en infectie.
Als er olie uit een slang of leiding spuit, kom dan niet
te dichtbij. Vloeistof zoals olie onder hoge druk kan in
de huid dringen. Raadpleeg in dat geval onmiddellijk
een arts.
Voordat de hydraulische leidingen worden aangesloten
moet worden gecontroleerd of de hydraulische installatie
geschikt is voor de tractor.
Na de eerste 10 bedrijfsuren en alle volgende 50
bedrijfsuren
- Controleer of alle hydraulieknippels/verbindingen dicht
zijn. Eventueel nippels/wartels aandraaien.
Voor iedere inbedrijfsname
- Voor iedere inbedrijfsname moeten de slangen van het
hydrauliek gecontroleerd worden op beschadiging.
Versleten of beschadigde slangen moeten direct
vervangen worden. De kwaliteit van nieuw te monteren
slangen en andere delen moeten aan de eisen voldoen
en gelijk zijn aan het origineel gemonteerde materiaal.
Slangen ondergaan een natuurlijke veroudering. Ze
moeten na 5 of 6 jaren worden vervangen.
In de openlucht laten staan
Als de machine langere tijd in de
open lucht moet blijven, moe ten
de cylinderstangen worden
ge rei nigd en worden ingevet.
FETT
TD 49/93/2
Veiligheid-
saanwijzing
• Voor het verrich-
ten van instel-,
onderhouds- en
reparatie-
werkzaamheden,
de trekker motor
uitschakelen.
• Werkzaamheden
onder de machine
alleen uitvoeren,
wanneer de
machine veilig
en stabiel staat
en goed wordt
ondersteund.
• Na één werkuur
alle bouten na-
trekken.
• Machine alleen
wegzetten op een
vlakke, stevige
ondergrond.
Algemene aanwijzingen voor het onderhoud
Om ook na langere tijd nog plezier van uw machine te
houden neemt u de volgende aanwijzingen
in acht:
- Na de eerste gebruiksuren alle bou ten
en moeren na-trekken.
Speciaal gecontroleerd moeten worden:
- Mesbouten bij maaiers
- Bouten in de tandbevestiging van schudders en van
zwadharken
Onderdelen
a. Originele onderdelen en toebehoren zijn speciaal
voor deze ma chi nes en werk tui gen ont wik keld.
b. Wij maken U er uitdrukkelijk op attent dat niet door
ons geleverde delen niet door ons ge con tro leerd en
vrijgegeven zijn.
c. Montage en gebruik hiervan kan on der bepaalde
om stan dig he den con struc tie ve eigenschappen van Uw
ma chi ne negatief beïnvloeden. De fa bri kant kan niet
aansprakelijk wor den gesteld voor scha de ont staan
door het gebruik van niet originele delen en toebehoren.
d. Zelfstandig wijzigingen aanbrengen of het monteren
van aan bouw de len o.i.d. sluiten elke aansprakelijkheid
van de fabrikant uit.
Reinigen van machinedelen
Let op!
Geen hogedrukreiniger gebruiken voor het reinigen
van lagers en van hydraulische delen.
Gevaar voor roestvorming!
- Na het reinigen van de machine deze volgens het
smeerschema doors me ren en de machine een korte
tijd laten draaien.
- Door met te
hoge druk te
reinigen kan
beschadiging
van lak
optreden.
Veiligheidsaanwijzing
Voor het verrichten van instel-, onderhouds-
en reparatie werkzaamheden, de trekker motor
uitschakelen.
Overwinteren
- De machine voor het over winteren goed schoon maken.
- Beschermd tegen weersinvloeden opbergen.
- Olie-wisselen of op niveau brengen.
- Blanke delen tegen roest beschermen.
- Alle smeerpunten volgens schema doorsmeren.
Aftakassen
- zie ook de aanwijzingen in de aanhang
Let op: voor u onderhoud pleegt!
In principe gelden de aanwijzingen die in de
gebruikershandleiding worden gegeven.
Als daarin geen speciale aanwijzingen worden gegeven,
gelden de aanwijzingen in de meegeleverde handleiding
van de betreffende aftakassenfabrikant.
Reparatie-
aanwijzingen
Let op de repara-
tieaanwijzingen
in de aanhang
(indien beschik-
baar)
ONDERHOUD
Veiligheid-
saanwijzing
De koppelings-
stekkers van
de hydraulische
slangen en de
oliestekkerdozen
moeten worden
schoongemaakt,
iedere keer voor-
dat ze worden
aangekoppeld.
Controleer op slij-
tageplekken waar
de slangen heb-
ben geschuurd of
klemgezeten.
- 15 -
1200_NL-Wartung_2041
ONDERHOUD NL
Veiligheidsaanwijzingen
voor het verrichten van instel-, onderhouds-
en reparatie werkzaamheden, de trekker-
motor uitschakelen.
werkzaamheden onder de machine alleen
uitvoeren, wanneer de machine vast en
zeker staat en goed wordt ondersteund.
Na de eerste gebruiksuren
- diverse bouten en moeren na-trekken.
De bouten aan de tandarmen (12 kpm, 9 kpm) en de
bouten in driepuntsbok extra controleren.
- De bandenspanning als in de tabel is voorgeschreven
aanhouden.
- Smeren volgens schema.
Nippels met universeel vet smeren (om de 20 uren).
- Voor het in de winterberging zetten de machine
doorsmeren en olieen en invetten.
Hoofdaandrijving
- De hoofdaandrijving
heeft een olievulling
die elk jaar vernieuwd
moet worden:
- Zie bijblad voor olie
soort.
Hoeveelheid olie: 0,5
liter
Verwisselen van tanden
- Gebroken tanden na het losdraaien van moer (5)
verwijderen en nieuwe tand aanbrengen.
- Let bij het monteren op de draairichting van het element!
- Moer (5) met 12 daNm (=12kgm) vastzetten.
Bijstellen van de tandenslijtage
Variant A: Zie hoofdstuk Voorinstellingen, 'Instellen van
de grenzen van de werkdiepte'
Variant H, N: Zie hoofdstuk Voorinstellingen, 'Instellen van
de grenzen van de cirkelharkhoek'
Aftakas
- zie Aanhangsel-B
Drehrichtung
direction of rotation
TD26/93/48
5
12 kpm
16
1200-NL TECHDATEN_2041
NL
TECHNISCHE GEGEVENS
Doelgericht gebruik van cirkelhooier
De machine „HIT 470 N, HIT 470 H, HIT 540 N, HIT 540 A“ mag alleen voor doeleinden worden gebruikt waarvoor
deze is ontworpen.
Bij gebruik voor andere doeleinden vervalt elke aansprakelijkheid van de fabrikant.
Voor het schudden, keren en harken van groenvoer, ruwvoer en voordroogkuil.
Elke andere toepassing zal als oneigenlijk gebruik gelden.
Voor de daaruit voortkomende schade of beschadigingen is de fabrikant/leverancier niet aansprakelijk. Het risico
daarvan draagt alleen de gebruiker/eigenaar.
Tot een passend gebruik hoort ook het nakomen van de door de fabrikant voorgeschreven gebruiks- en
onderhoudsaanwijzingen.
Technische gegevens
Technische gegevens, maten en gewichten niet bindend.
Constructie-wijzingen voorbehouden.
Vereiste aansluitingen
1 enkelwerkende hydraulische steekaansluiting
Bedrijfsdruk min.: 80 bar
Bedrijfsdruk max.: 180 bar
1 Dubbelwerkende hydraulische aansluiting
7-polige aansluiting voor de verlichting (12 Volt)
Beschrijving HIT 470 N / H
(Type ZK 2041)
HIT 540 N / A
(Type ZK 2051)
Breedte in werkstand [m] 4,70 5,40
Werkbreedte [m] 4,40 5,20
Transportbreedte - opgeklapt [m] 2,50 2,90
Wegzethoogte [m] 2,25 2,60
Hoogte in transportstand [m] 2,75 3,00 (N) / 2,60 (A)
Aantal elementen 4 4
Tandarmen per element 6 7
Doorsnede van de elementen [m] 1,42 1,67
benodigd vermogen vanaf [kW/PS] 13 / 18 15 / 20
aandrijftoerental [o/m. ] 540 540
bandenmaat
Variant N, H
Variant A
15x6.00-6 4 Ply
rating
15x6.5-8 4 Ply rating (N)
16x9,5-8 8 Ply rating (A)
bandenspanning [bar] 1,5 1,5
toelaatbare max. snelheid [km/h] 30 30
Gewicht - met aanhangerdissel
met hydraulische aanbouw, onbuigzaam
met driepunts-zwaaibok
[kg]
[kg]
[kg]
--
361
384
500
--
420
geluidsniveau [db (A)] <70 75,9
Uitrusting tegen meerprijs
Houder voor reservewiel
Wikkelbescherming
Verlichting
Schokbrekers (zie hoofdstuk Inzet)
• Nachtwiersaandrijving
• Steunwiel
17
1200-NL TECHDATEN_2041
TECHNISCHE GEGEVENS NL
De belangrijste delen van de cirkelhooier
1 = dissel (type "A")
2 = aankoppelraam vast (type "H")
3 = driepuntsnaloopbok (type "N")
4 = hydro-comfort (optie bij HIT 40)
5 = buitenste rotorelementen
6 = vangbeugel
7 = tanden
8 = binnenste rotorelementen
9 = trekveer (standaard bij de HIT 40)
10 = aandrijving
Plaats van het typeplaatje
Het chassisnummer is te vinden op het typeplaatje, zie
afbeelding hiernaast. Bij garantieclaims, vragen over de
machine en bestellingen van reserve-onderdelen dient het
chassisnummer altijd te worden vermeld.
Het verdient daarom aanbeveling om het chassisnummer
van het voertuig of de machine direct na aankoop op het
titelblad van de handleiding over te nemen.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Pottinger HIT 470 N Bedienungsanleitung

Typ
Bedienungsanleitung
Dieses Handbuch ist auch geeignet für

in anderen Sprachen