VDPLBTL
Gepersonaliseerde statische kleur
U kunt een eigen kleur creëren door de lichtintensiteit van de rode (R), groene (G) en blauwe (B) LEDs te
regelen. Om een gepersonaliseerde, statische kleur te gebruiken:
1. Om de lichtintensiteit van de rode LEDs te regelen, druk op R en daarna op + of – om de gewenste
intensiteit in te stellen.
2. Om de lichtintensiteit van de groene LEDs te regelen, druk op G en daarna op + of – om de
gewenste intensiteit in te stellen.
3. Om de lichtintensiteit van de blauwe LEDs te regelen, druk op B en daarna op + of – om de
gewenste intensiteit in te stellen.
4. Om de gepersonaliseerde kleur te activeren, druk op MANUAL.
Opmerking: De A-, W- en UV-knoppen hebben geen functie.
Automatisch programma
Om een automatisch programma te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1. Druk op AUTO en daarna op + of – om het gewenste programma te selecteren
(P1–P4).
2. Om de snelheid van het programma te regelen, druk op SPEED en daarna op + of – om in te stellen.
Kleurenovergang
Om een automatisch programma met kleurenovergang te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1. Druk op FADE en daarna op + of – om het gewenste programma te selecteren (P2 of P4).
Muziekgestuurd programma
Om een programma met muzieksturing te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1. Druk op SOUND en daarna op + of – om het gewenste programma te selecteren (Snd1/Snd2).
2. Om de gevoeligheid van de ingebouwde microfoon te wijzigen, druk op SENSITIVITY en daarna op +
of – om in te stellen.
Master-dimmer
Om de helderheid van de lichtuitvoer te regelen, druk op % en daarna op + of – om de gewenste
helderheid in te stellen.
Een stroboscoopeffect toevoegen
Om een stroboscoopeffect toe te voegen, gaat u als volgt te werk:
1. Druk op STROBE en daarna op + of – om de gewenste stroboscoopsnelheid in te stellen.
2. Om het stroboscoopeffect uit te schakelen, druk nogmaals op STROBE.
Uitschakelen
Om alle LEDs uit te schakelen, druk op BLACKOUT. Druk nogmaals op BLACKOUT om de LEDs in te
schakelen.
9. Truss-LED 33B opladen
Het toestel kan gevoed worden via de interne lithiumbatterij. Ga als volgt te werk:
1. Zorg ervoor dat de aan-uit-schakelaar [8] ingesteld staat op de off-stand.
2. Steek de voedingskabel in de voedingsingang [2] en verbind het toestel met het lichtnet.
3. Wij raden u aan het toestel minstens 6 uren op te laden voor het eerste gebruik.
10. Reiniging en onderhoud
Alle gebruikte schroeven moeten goed zijn aangespannen en mogen geen sporen van roest vertonen.
De behuizing, de lenzen, de montagebeugels en de montageplaats (bv. het plafond of het gebinte)
mogen niet vervormd zijn of aangepast worden; geen extra gaten in montagebeugels boren,
aansluitingen niet verplaatsen, enz.
Mechanisch bewegende delen mogen geen sporen van slijtage vertonen en mogen niet onregelmatig
bewegen.
De voedingskabels mogen niet beschadigd zijn. Laat het toestel onderhouden door een geschoolde
technicus.
Trek de stekker uit het stopcontact voor u aan onderhoudswerkzaamheden begint. Laat het toestel
afkoelen.
Maak het toestel geregeld schoon met een vochtige, niet pluizende doek. Gebruik geen alcohol of
oplosmiddelen.
Dompel het toestel niet onder.